Sanders IJzergieterij en Machinefabriek | ![]() |

Sanders´IJzergieterij en Machinefabriek B.V.
Een chronologisch overzicht 1846-2006
Van de machinefabrieken in Enschede die in de jaren '60 en '70 van de 19de eeuw zijn opgericht is Sanders IJzergieterij en Machinefabriek de enige overgebleven firma. De firma verhuisde in 2006 naar Goor. Binnen haar eigen gemeente zag de onderneming destijds geen mogelijkheden om deze verhuisplannen te realiseren.


Albert Sanders ( 1818-1883) Blankenburgstraat 174 te Haaksbergen. Links eerste pand, de smederij
ernaast winkel met woonhuis van de familie Sanders.
1846-HET BEGIN.
De historie van de onderneming begint in 1846. In dat jaar kocht Albertus Sanders
( 1818-1883) een dubbele woning aan de Blankenburgerstraat 174 in Haaksbergen.
Na jaren bij verschillende smederijen als leerling-smid en later als gezel te hebben
gewerkt, vestigde hij hier een eigen smederij. In datzelfde jaar trouwde hij met de
Enschedese Johanna Effting. Uit dit huwelijk werden zes zonen en zeven dochter
geboren. Dat de appel niet ver van de boom valt, is zeker hier van toepassing, want
alle zonen zouden later eveneens smid worden.
Ondanks deze grote kinderschaar ontfermde Albertus zich ook nog over Bernard
Sanders, het twaalfjarige zoontje van zijn overleden broer Jan Sanders. Vaak was
Bernard bij zijn oom in de smederij te vinden, en al spoedig werd hij er als leerling-
smid in dienst genomen. Later zou Bernard samen met zijn zonen de
Transportwerktuigen- en machinefabriek G.B. Sanders & Zn. aan de Blekerstraat
te Enschede oprichten. Zowel de ijzergieterij en machinefabriek aan de Molenstraat
als de voormalige machinefabriek aan de Blekerstraat hebben dus eigenlijk hun
wortels in Haaksbergen liggen. Bernards broer Jan zou de enige zijn, die niet voor
het smidsvak koos. Hij werd bakker en later kruidenier, de voorloper van het
tegenwoordige supermarktbedrijf Sanders.
1868-DE VERHUIZING NAAR ENSCHEDE.
Op 29 oktober 1868 verhuisde het gezin Sanders van Haaksbergen naar Enschede
Eigenlijk wilde Albert in eerste instantie naar Hengelo, maar zijn vrouw, Johanna
Effting weerhield hem daarvan. In “haar” Enschede had men immers meer kans op
“textielwerk “. Het gezin vestigde zich aan de Walstraat 75 terwijl de smederij aan
de Oldenzaalsestraat haar deuren opende. Hier ging het Albert voor de wind. Al
spoedig werd dit onderkomen te klein en Albert ging op zoek naar een geschikte
plek, waar tevens genoeg ruimte aanwezig moest zijn voor eventuele latere
expansiedrift. Zo kocht hij op 27 mei 1873 voor ƒ 900,- een huis met erf en
gaardengrond aan de weg, lopende van de Hengeloscheweg naar de
Oldenzaalscheweg, de latere Molensteeg. Op 1 augustus 1873 vond er een
ruiling van grond plaats met buurman Frederik Rörink. In de periode van 1
augustus 1873 tot 21 april 1874 werd vervolgens de smederij gebouwd. Nog in
hetzelfde jaar verhuisde het gezin naar het woonhuis naast de smederij.

Advertentie uit de Enschedesche Courant van 3 Augustus 1873.
De twee jongste zonen van Albert overleden op zeer jonge leeftijd . De vier oudste
zonen, Jan, Bernard, Anton en Albert jr. werden onder het motto “Jong geleerd oud
gedaan “ al op jeugdige leeftijd het “smidsvak” bijgeleerd. Zo moesten de jongens
paarden beslaan hoefijzers vervaardigen en in rustige tijden gesmede spijkers
maken. Deze spijkers waren vierkant en hadden hierdoor de eigenschap enorm vast
te zitten in hout.

Bernard Sanders (1856-1931)
Toen de Smederij eenmaal goed liep mocht Bernard, de 2de zoon, de “wijde wereld”
in om het vak te leren. Zijn eerste job was bij een brandkastmaker . Hij had het er
zeer naar zijn zin, totdat hij verliefd werd op de dochter van zijn leermeester. Dit
strookte niet met zijn plannen om zijn kennis in het vak te vergroten……immers
wie twee hazen tegelijk wil jagen, krijgt er niet één ! Hij trok vervolgens naar
Rotterdam en vond werk op een grote werf. Hier kwam men er al snel achter dat hij
zeer bekwaam was in het smeden.
komt goed uit. Morgen is u hier de smid !" Bernard antwoordde : "dan ben ik vandaag
nog weg, want smeden kan ik al en daarvoor ben ik hier niet gekomen ". Bernard
vertok naar Amsterdam. Hier had hij veel steun aan zijn drie zusters die in het klooster
in Amsterdam en Hoorn zaten.

De drie zusters van Bernard Sanders.
Bernard kreeg direct werk bij Werkspoor, destijds met Stork Hengelo de grootste
machinefabriek in Nederland. ’s Avonds ging hij naar de avondschool. Het werk bij
Werkspoor gaf uiteindelijk de doorslag. Bernard wist wat hij wou worden, machine-
fabrikant! Voordat Bernard voorgoed naar Enschede terugging heeft hij nog eerst
een paar jaar bij Stork gewerkt. Toen hij zich daar al een hele "piet" voelde maakte
Bernard eens de opmerking tegen een ingenieur: "Als ik het moest doen, zou ik
het zo doen." Daarop antwoordde de ingenieur: "Mijnheer, als u graag werkt naar
eigen ideeën dan moet u zien dat u eigen baas wordt" ,waarop Bernard zei:
"ik zal ervoor zorgen". Terug aan de Molensteeg droomde Bernard van een
eigen fabrikaat.
1878- HUWELIJK OUDSTE ZOON.
Op 6 november 1878 trouwde Johannes Lodevikus (Jan) Sanders ,de oudste zoon
van Albert en Johanna Sanders-Effting, met de uit Ootmarsum afkomstige Johanna
Ottenhof. Uit dit huwelijk werd één dochter, Albertha Geertruida Sanders geboren.

Jan Sanders met zijn vrouw, Johanna Ottenhof en dochter Albertha Geertruida Sanders
1881-AANVRAAG VERGUNNING PLAATSEN STOOMKETEL.
De jaren tachtig en negentig van de negentiende eeuw waren voor Sanders
jaren van uitbreiding. Gestaag groeide de smederij uit tot een ijzergieterij
en machinefabriek. Op 13 september 1881 werd door Albertus Sanders
een vergunning aangevraagd om in zijn smederij een stoomketel van
1,5 paardenkracht te plaatsten, bestemd tot het in beweging brengen
van werktuigen. Buurman Frederik Rörink diende echter een bezwaar in bij
Burgemeester en Wethouders. De stoomketel zou volgens Rörink te dicht
bij het 200 meter verderop gelegen ziekenhuis komen te staan. B&W
verwierpen het bezwaar en handhaafde de verleende vergunning.

1883-OPRICHTING VENNOOTSCHAP.
Op 19 augustus 1883 werd door Albertus Sanders en zijn twee oudste
zonen, Jan en Bernard, een vennootschap van koophandel onder de naam
firma A. Sanders en Zonen opgericht. Dit met als doel het smeden en
het verwerken van ijzer en andere metalen, de handel daarin en het
uitoefenen van een winkel in koperen, ijzeren en andere artikelen.

Akte met betrekking tot de inbreng van goederen door de firmanten in de nieuwe vennootschap. 13 Augustus 1883.
Bovenstaande akte : Goederen, contante gelden en schulden welke door de vennoten werden ingebracht in
de nieuwe firma: Door Albertus Sanders enige huizen, smederij en erven gelegen aan de Molensteeg in de
Eschmarke, gemeente Lonneker. Kadastraal bekent in sectie C onder de nummers 2615-2616-2180-2181 en 2182.
Samen zeven vierkante roeden vijf en negentig vierkante ellen met een waarde van ƒ5650,-. Aan smids-
gereedschappen voor een waarde van ƒ1800,-. Aan nieuw en oud ijzer voor een waarde van ƒ550,-.Aan schuld
een hypothecaire lening op een gedeelte van de onroerende goederen van ƒ900,- ten gunste van Gerritdina
Wissink en de op de 1ste november 1883 te betalen koopsom van de onroerende goederen door Albertus
Sanders van de familie Otto aangekocht groot ƒ2500,-. Door Jan Sanders contant ingebracht ƒ500,-. Door
Bernard Sanders contant ingebracht ƒ500,-



Akte van oprichting .
Ook de twee jongste zonen, Anton en Albert jr. zouden in hun vaders voetsporen treden. Beide broers begonnen een smederij. Albert jr. aan de Oldenzaalsestraat 80 en Anton aan de Haverstraat 31. Op 10 oktober 1883 overleed plotseling oprichter Albertus Sanders op 65 jarige leeftijd. De vennootschap werd door Jan en Bernard voortgezet.

Twentsche Courant 10 Oktober 1883

Twentsche Courant 10 Oktober 1883


Enschedesche Courant 21 Oktober 1883 Enschedesche Courant 25 Januari 1883
1884-AANVRAAG VERGUNNING.
Op 22 juni 1884 werd door de firma A. Sanders & Zonen een vergunning
aangevraagd voor het verwisselen van de stoomketel. De bestaande
ketel van 1,5 PK voldeed niet meer. De ketel werd vervangen door een
6 PK ketel.
1886- HUWELIJK ANTONIUS SANDERS.
Op 19 augustus 1886 trouwde Antonius ( Anton) Sanders, de derde zoon van
Albertus Sanders en Johanna Effting, met de uit Enschede afkomstige
Antonette Mosman. Uit dit huwelijk werden twee zonen en drie dochters
geboren.
Anton Sanders samen met zijn vrouw en kinderen. Vlnr.: Albert, Anna, Maria, Anton, Frans en Antonette. Dochter Maria overleed op 7 mei 1896.
1886-OPRICHTING FIRMA. ANT. SANDERS, SMEDERIJ EN
IJZERWAREN.
In 1886 werd door Antoon Sanders de firma Ant. Sanders, smederij
en ijzerwaren aan de Haverstraat 31 te Enschede opgericht.
zie verder onder: Firma de Ossekop IJzerwaren